‘Er zit er weer één bij!’. Vanuit de huiskamer kijken we in onze achtertuin naar het koolmeesje die zich behendig in de pindakaaspot heeft gemanoeuvreerd. ‘Kijk, het meesje blijft op z’n qui vive, maar ze durven er nu toch van te eten.’ We waren even bang dat de beschermsilo die er omheen zit om grote vogels te weren, hen ervan zou weerhouden om er gebruik van te maken. Maar het werkt! De eksters en kouwen hebben geen schijn van kans om de hele pot in één keer leeg te vreten.
Op grijze winterdagen zoals deze, zijn de tuinvogels een welkome afleiding in ons eentonige bestaan tijdens de lockdown. Elke dag is er wel wat te beleven. Van troepen kouwen die in hun vlucht gretig het voer naar binnen schrokken, tot tortelduifjes die knus naast elkaar op een te dunne tak balanceren om de zaadjes uit het voederhuisje te pikken. Alle kleine vogeltjes zijn bij mij favoriet, maar ik heb een zwak voor roodborstjes. Ze zijn niet bang, levendig, en prachtig om te zien. Maar, vergis je niet, het zijn pittige beestjes! Zo nu en dan kom ik er één tegen op mijn wandeling. Precies op het juiste moment kijkt zo’n roodborstje me parmantig aan. Voor mij is het een knipoog van boven: ‘Maak je geen zorgen, God is erbij. Hij weet wat ik nodig heb’. Onlangs las ik in een tijdschrift dat de Scandinavische roodborst vaak bij ons overwintert. Deze soort zou tammer zijn, dus is het logisch dat je die vaker van dichtbij ziet. Tja… Kort na het overlijden van mijn vader zag ik tijdens één wandeling 3 roodborstjes van dichtbij. Onlangs - op Nieuwjaarsdag - verschalkte een roodborstje een worm, een meter bij ons vandaan. En terwijl ik dit schrijf kijk ik naar buiten en zie ik een roodborstje op de schutting landen. Toeval? Ik geloof er niet in.
0 Comments
|
Details
Lia stamhuisArchives
May 2022
Categories |